Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2024
aankomend
aankomend
Dutch
Participle
aankomend
present participle
of
aankomen
Declension
Inflection of
aankomend
uninflected
aankomend
inflected
aankomende
comparative
—
positive
predicative
/
adverbial
aankomend
aankomende
indefinite
m.
/
f.
sing.
aankomende
n.
sing.
aankomend
plural
aankomende
definite
aankomende
partitive
aankomends
Pronunciation
Similar Results