Definify.com

Definition 2024


afschilderend

afschilderend

Dutch

Participle

afschilderend

  1. present participle of afschilderen

Declension

Inflection of afschilderend
uninflected afschilderend
inflected afschilderende
comparative
positive
predicative/adverbial afschilderend
afschilderende
indefinite m./f. sing. afschilderende
n. sing. afschilderend
plural afschilderende
definite afschilderende
partitive afschilderends

Anagrams