Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2025
daaraan
daaraan
Dutch
Adverb
daaraan
pronominal adverb
form of
aan
+
dat
Inflection
Pronominal adverbs of
daaraan
preposition
aan
postpositional
adv.
aan
+
het
(it)
eraan
+
dit
(this)
hieraan
+
dat
(that)
daaraan
+
wat
(what)
waaraan
+
iets
(something)
ergens
aan
+
niets
(nothing)
nergens
aan
+
alles
(everything)
overal
aan
Pronunciation
Similar Results
Diarian
Darrain