Definify.com
Definition 2025
toeval
toeval
Dutch
Noun
toeval n (plural toevallen, diminutive toevalletje n)
- accident, chance
- In september 1928 ontdekte Fleming eigenlijk bij toeval dat in de buurt van een bepaalde schimmel die per ongeluk bij een van zijn bacteriekoloniën was gekomen geen bacteriën groeiden.— In September 1928 Fleming discovered, actually by serendipity, that in the neighborhood of a certain fungus that through bad luck had come into one of his bacteria colonies, no bacteria grew.
- an attack (of epilepsy)