Definify.com

Definition 2024


uitgehuwelijkt

uitgehuwelijkt

Dutch

Participle

uitgehuwelijkt

  1. past participle of uithuwelijken

Declension

Inflection of uitgehuwelijkt
uninflected uitgehuwelijkt
inflected uitgehuwelijkte
comparative
positive
predicative/adverbial uitgehuwelijkt
indefinite m./f. sing. uitgehuwelijkte
n. sing. uitgehuwelijkt
plural uitgehuwelijkte
definite uitgehuwelijkte
partitive uitgehuwelijkts