Definify.com

Definition 2024


voortzettend

voortzettend

Dutch

Participle

voortzettend

  1. present participle of voortzetten

Declension

Inflection of voortzettend
uninflected voortzettend
inflected voortzettende
comparative
positive
predicative/adverbial voortzettend
voortzettende
indefinite m./f. sing. voortzettende
n. sing. voortzettend
plural voortzettende
definite voortzettende
partitive voortzettends