Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2024
bijwerkend
bijwerkend
Dutch
Participle
bijwerkend
present participle
of
bijwerken
Declension
Inflection of
bijwerkend
uninflected
bijwerkend
inflected
bijwerkende
comparative
—
positive
predicative
/
adverbial
bijwerkend
bijwerkende
indefinite
m.
/
f.
sing.
bijwerkende
n.
sing.
bijwerkend
plural
bijwerkende
definite
bijwerkende
partitive
bijwerkends
Pronunciation
Similar Results