Definify.com
Definition 2024
busbestuurder
busbestuurder
Dutch
Etymology
From bus (“bus”) + bestuurder (“driver”).
Noun
busbestuurder m (plural busbestuurders, diminutive busbestuurdertje n, feminine busbestuurster)
- A bus driver.
From bus (“bus”) + bestuurder (“driver”).
busbestuurder m (plural busbestuurders, diminutive busbestuurdertje n, feminine busbestuurster)