Dutch
Noun
hoogte f (plural hoogtes or hoogten)
- height
- ter hoogte van
- at a height with
- iemand op de hoogte houden
- to keep someone informed
- iemand op de hoogte brengen
- to brief someone
- Niemand is op de hoogte van het geval.
- No one is informed about the case.
Antonyms
Derived terms