Definify.com

Definition 2024


insluitend

insluitend

Dutch

Participle

insluitend

  1. present participle of insluiten

Declension

Inflection of insluitend
uninflected insluitend
inflected insluitende
comparative
positive
predicative/adverbial insluitend
insluitende
indefinite m./f. sing. insluitende
n. sing. insluitend
plural insluitende
definite insluitende
partitive insluitends