Definify.com

Definition 2024


misbruikend

misbruikend

Dutch

Participle

misbruikend

  1. present participle of misbruiken

Declension

Inflection of misbruikend
uninflected misbruikend
inflected misbruikende
comparative
positive
predicative/adverbial misbruikend
misbruikende
indefinite m./f. sing. misbruikende
n. sing. misbruikend
plural misbruikende
definite misbruikende
partitive misbruikends