Definify.com

Definition 2024


naakt

naakt

Dutch

Adjective

naakt (comparative naakter, superlative naaktst)

  1. nude, not wearing any clothing; can also apply to part of the body with exposed hide
  2. naked, bald, without protective fur, feathers etc. on the skin
  3. bare, stripped, reduced to its essence
    Zelfs de naakte waarheid verslaan is meer dan de naakte cijfers opgeven: de naakte feiten hebben vaak pas betekenis in samenhang
    Even covering the naked truth is more then listing the naked figures: the naked facts often only have meaning in context

Inflection

Inflection of naakt
uninflected naakt
inflected naakte
comparative naakter
positive comparative superlative
predicative/adverbial naakt naakter het naaktst
het naaktste
indefinite m./f. sing. naakte naaktere naaktste
n. sing. naakt naakter naaktste
plural naakte naaktere naaktste
definite naakte naaktere naaktste
partitive naakts naakters

Synonyms

Antonyms

Derived terms

Noun

naakt n (plural naakten, diminutive naaktje n or nakie n)

  1. A nude, an artwork representing a naked subject
  2. nakie is informally used in the expression In m'n nakie — In the nude

Verb

naakt

  1. second- and third-person singular present indicative of naken
  2. (archaic) plural imperative of naken

Anagrams