Definify.com
Definition 2025
nasmaak
nasmaak
Dutch
Noun
nasmaak m (plural nasmaken, diminutive nasmaakje n)
- aftertaste
- 1781 October 31, S., "Brief aan de Heeren Schryveren der Algemeene Vaderlandsche Letter-oeffeningen, wegens een daar nevensgaand Berigt over het gebruik der Eikels.", in Algemeene Vaderlandsche Letter-oefeningen, III, 2, 604.
- Van myne eigen Proefneming kan ik dit in 't attest voegen, dat ik de eerstemaal moeite had een groenen Eikel te kauwen; doch, dat ik, by iedere herhaling, 'er zo verre in gevorderd ben, dat ik tegenwoordig den nasmaak reeds aangenaam vinde.
- 1781 October 31, S., "Brief aan de Heeren Schryveren der Algemeene Vaderlandsche Letter-oeffeningen, wegens een daar nevensgaand Berigt over het gebruik der Eikels.", in Algemeene Vaderlandsche Letter-oefeningen, III, 2, 604.