Definify.com

Definition 2024


onverschillig

onverschillig

Dutch

Adjective

onverschillig (comparative onverschilliger, superlative onverschilligst)

  1. indifferent

Inflection

Inflection of onverschillig
uninflected onverschillig
inflected onverschillige
comparative onverschilliger
positive comparative superlative
predicative/adverbial onverschillig onverschilliger het onverschilligst
het onverschilligste
indefinite m./f. sing. onverschillige onverschilligere onverschilligste
n. sing. onverschillig onverschilliger onverschilligste
plural onverschillige onverschilligere onverschilligste
definite onverschillige onverschilligere onverschilligste
partitive onverschilligs onverschilligers