Definify.com
Definition 2024
schuur
schuur
Dutch
Noun
schuur f (plural schuren, diminutive schuurtje n)
Synonyms
Derived terms
- schuren
- schuurdeur
- schuurkerk
- graanschuur
Etymology 2
Non-lemma forms.
Verb
schuur
References
- M. J. Koenen & J. Endepols, Verklarend Handwoordenboek der Nederlandse Taal (tevens Vreemde-woordentolk), Groningen, Wolters-Noordhoff, 1969 (26th edition) [Dutch dictionary in Dutch]