Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2024
wijdend
wijdend
Dutch
Participle
wijdend
present participle
of
wijden
Declension
Inflection of
wijdend
uninflected
wijdend
inflected
wijdende
comparative
—
positive
predicative
/
adverbial
wijdend
wijdende
indefinite
m.
/
f.
sing.
wijdende
n.
sing.
wijdend
plural
wijdende
definite
wijdende
partitive
wijdends
Anagrams
wijdden
Pronunciation
Similar Results
Widened
Widen
Long-winded
Short-winded