Definify.com
Definition 2024
vuur
vuur
Dutch
Pronunciation
- Rhymes: -yːr
- IPA(key): /vyːr/
Etymology
From Old Dutch fuïr, *fiur, from West-Germanic *fuïr-, from Proto-Germanic *fōr, ultimately from Proto-Indo-European *péh₂ur. Compare West Frisian fjoer, German Feuer, English fire, Danish fyr. Adjectival slang sense is a calque of the slang sense of English fire.
Noun
vuur n (plural vuren, diminutive vuurtje n)
- fire
- Het vuur brandde in mijn kamer; het was koud.
- The fire was burning in my room; it was cold.
- Het vuur brandde in mijn kamer; het was koud.
- heater
- (informal) a lighter
- Heb je vuur?
- Got a light?
- Heb je vuur?
Derived terms
Verb
vuur
Adjective
vuur (not comparable)
- (slang) Great, amazing, extraordinary, dope. (Calque of the slang sense of English fire)
- Zijn nieuwe album is vuur.
- His new album is fire.
- Zijn nieuwe album is vuur.