Definify.com
Definition 2024
bioscoop
bioscoop
Dutch
Alternative forms
- bios (shortening; theater sense only)
Noun
bioscoop m (plural bioscopen, diminutive bioscoopje n)
- A cinema; movie theater
- 2011, Remco Campert, Mijn eenmanszaak, De Bezige Bij.
- Een vereiste is dat er publiek is in de bioscoop, maar liefst geen volle zaal. Te veel publiek leidt af.
- 2011, Remco Campert, Mijn eenmanszaak, De Bezige Bij.
- (usually diminutive) A visit at the cinema; a film seen there
- 1999, Carry Slee, Kappen!, FMB uitgevers.
- 'Wat nou?' zegt Tom. 'Dat is heus niet alles, hoor. Ik wil het echt goed maken. Ik trakteer Sander op een bioscoopje.'
- 2013, Willem Brakman, Een winterreis, Querido, 5th edition (e-book) (1st edition 1961).
- Wanneer Akijn zijn vader ging bezoeken, zorgde hij er meestal voorna het bezoek iets prettigs in het vooruitzicht te hebben: het bezoek aan een vriend, een wandeling of een bioscoopje.
- 1999, Carry Slee, Kappen!, FMB uitgevers.
- (obsolete) A bioscope; motion-picture projector
- 1912, De Ingenieur, volume 27, N.V. A. Oosthoek, 289.
- De heer Münch heeft films doen vervaardigen, waarop teekeningen zijn gereproduceerd om met de bioscoop verschillende onderwerpen, vooral op het gebied van de wiskunde, te verduidelijken.
- 1949, Maurits Dekker, Het merkteken, Moussault, 130.
- Hij had al veel gehoord over die bewegende toverlantaarn, die bioscoop werd genoemd en er zelfs een stuk in de krant over gelezen, maar gezien had hij het nog niet.
- 1912, De Ingenieur, volume 27, N.V. A. Oosthoek, 289.
Synonyms
Derived terms
- bioscoopbedrijf n
- bioscoopbezoek n
- bioscoopbezoeker m
- bioscoopexploitant m
- bioscoopganger m
- bioscoopfilm m
- bioscoopjournaal n
- bioscoopkaartje n
- bioscooppubliek m
- bioscoopticket m
- bioscoopzaal m, f
Related terms
- biologie
- biosfeer m
- microscoop m
- telescoop m