Definify.com

Definition 2024


doorsneden

doorsneden

Dutch

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈdoːrˌsneːdə/

Noun

doorsneden

  1. Plural form of doorsnede

Etymology 2

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈdoːrˌsneːdə/

Adjective

doorsneden (comparative doorsnedener, superlative doorsnedenst)

  1. (heraldry) divided into two equal parts horizontally, per fess

Verb

doorsneden

  1. plural past indicative and subjunctive of doorsnijden (to keep cutting, to cut in two) (when using a subclause)

Etymology 3

Pronunciation

  • IPA(key): /doːrˈsneːdə/

Verb

doorsneden

  1. plural past indicative and subjunctive of doorsnijden (to intersect)

Participle

doorsneden

  1. past participle of doorsnijden (to intersect)
Inflection
Inflection of doorsneden
uninflected doorsneden
inflected doorsneden
comparative
positive
predicative/adverbial doorsneden
indefinite m./f. sing. doorsneden
n. sing. doorsneden
plural doorsneden
definite doorsneden
partitive doorsnedens

Anagrams