Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2024
geblesseerd
geblesseerd
Dutch
Participle
geblesseerd
past participle
of
blesseren
Declension
Inflection of
geblesseerd
uninflected
geblesseerd
inflected
geblesseerde
comparative
—
positive
predicative
/
adverbial
geblesseerd
indefinite
m.
/
f.
sing.
geblesseerde
n.
sing.
geblesseerd
plural
geblesseerde
definite
geblesseerde
partitive
geblesseerds
Pronunciation
Similar Results