Home
Search
Index
Definify.com
Definition
2024
opgepakt
opgepakt
Dutch
Participle
opgepakt
past participle
of
oppakken
Declension
Inflection of
opgepakt
uninflected
opgepakt
inflected
opgepakte
comparative
—
positive
predicative
/
adverbial
opgepakt
indefinite
m.
/
f.
sing.
opgepakte
n.
sing.
opgepakt
plural
opgepakte
definite
opgepakte
partitive
opgepakts
Pronunciation
Similar Results