Definify.com

Definition 2024


toereiken

toereiken

Dutch

Verb

toereiken

  1. (transitive) to give, hand over
  2. (intransitive) to suffice

Inflection

Inflection of toereiken (weak, separable)
infinitive toereiken
past singular reikte toe
past participle toegereikt
infinitive toereiken
gerund toereiken n
verbal noun
main clause subordinate clause
present tense past tense present tense past tense
1st person singular reik toe reikte toe toereik toereikte
2nd person sing. (jij) reikt toe reikte toe toereikt toereikte
2nd person sing. (u) reikt toe reikte toe toereikt toereikte
2nd person sing. (gij) reikt toe reikte toe toereikt toereikte
3rd person singular reikt toe reikte toe toereikt toereikte
plural reiken toe reikten toe toereiken toereikten
subjunctive sing.1 reike toe reikte toe toereike toereikte
subjunctive plur.1 reiken toe reikten toe toereiken toereikten
imperative sing. reik toe
imperative plur.1 reikt toe
participles toereikend toegereikt
1) Archaic.

Derived terms